Wooncrisis
Woningcorporaties halen hun inkomsten uit de huur die huurders elke maand betalen. Drie maanden van de huuropbrengst van een woning wordt afgedragen aan de verhuurderheffing en vennootschapsbelasting. Op die manier betalen mensen in een sociale huurwoning deze extra belasting. Geld dat niet geïnvesteerd kan worden in onderhoud en verduurzaming van hun woningen en nieuwe betaalbare woningen. De resultaten zijn zichtbaar, de landelijke woningnood neemt alleen maar toe. Ook in de regio Noord-Kennemerland is er een groot te kort aan woningen. Mensen kunnen niet wonen waar ze willen wonen en de kosten voor huisvesting nemen toe. De verhuurdersheffing is een extra belasting die in 2013 werd ingevoerd in de economische crisis om de staatskas op orde te krijgen. Nu de regering een begrotingsoverschot heeft zou dit geld weer bestemd moeten worden voor de woningmarkt.
Bezwaar tegen verhuurderheffing
De huidige belastingmaatregelen zorgen niet alleen voor het oplopen van het woningtekort maar ook voor achteruitgang van wijken. Corporaties besteden het geld dat huurders opbrengen aan onderhoud, verduurzaming en nieuwbouw. Het geld dat nu wordt afgedragen aan verhuurderheffing gaat ten koste van de investeringen die woningcorporaties kunnen doen. En hun huurders zijn daar de dupe van. Daarom dienen meer dan 180 corporaties bij de belastingdienst bezwaar aan tegen de verhuurderheffing.
Het bezwaar valt samen met de actie #ikwileenhuis waarmee honderden woningzoekenden hun vaak schrijnende verhaal delen. Deze verhalen zijn te lezen op de website